xxxx xxxx

Giganten der Lüfte
Auteur: Andreas Seyfarth
Uitgever: Queen Games
Jaar: 2007


recensie door

x

Ooit ervan gedroomd zelf zeppelins te bouwen? Eh, nee, wij ook niet. Maar goed, het is toch leuk om eens te proberen, nietwaar? En wat hebben we dan zoal nodig? Eens kijken: een montagehal, slimme mensen (in dit geval ingenieurs), motoren, een commandant, en ach, wat geld. Middelen dus. Deze middelen worden ingezet om zeppelins te bouwen die punten opleveren. Nu zijn we als redelijk verwende veelspelers wel gewend aan wat tegenwoordig in spellenland ‘resource management’ wordt genoemd. Dat dit management echter enkel en alleen via dobbelsteenworpen gedaan kan worden, is voor deze zelfde veelspelers bijna vloeken in de kerk. Zal het allemaal nog goed komen?

x

Iedere speler heeft zijn eigen bedrijf, vormgegeven als een spelersbord met plaatsen voor de zes categorieën van resources, die als kaarten in het spel voorkomen. Verder krijgt iedere speler een aantal fiches in de kleur van het bedrijf.

x

In het midden van de tafel ligt een bord met daarop voor iedere categorie plaats voor drie kaarten. Bovenaan dit bord worden de te bouwen zeppelins geplaatst: vier stapels met ieder drie zeppelinkaartjes. Ieder kaartje, van wat voor categorie of zeppelin dan ook, ziet er hetzelfde uit: bovenaan het kaartje staat aangegeven welke dobbelstenen nodig zijn, en hoe hoog gegooid moet worden. Onderaan het kaartje staat wat de functie van het kaartje is. Voor de zeppelinkaartjes zijn dit gewoon punten voor de andere kaarten kan dat van alles zijn: meestal extra dobbelstenen, maar ook andere extra’s.

x
x

Centraal staan de dobbelstenen in dit spel. Ze zijn er in drie kleuren: wit, rood en zwart, en van ieder drie. De witte hebben waardes van een tot drie, de rode van twee tot vijf en de zwarte van vier tot acht. Als startkapitaal is er de mogelijkheid om met twee witte dobbelstenen te gooien.

x

In een beurt wordt er een kaartje van de stapel gedraaid en bij de goede categorie op het centrale bord aangelegd, waarna besloten wordt voor welk kaartje gegooid gaat worden. Het gooien bestaat uit één worp, met de dobbelstenen die een speler op dat moment (volgens zijn eigen bord met kaartjes) ter beschikking heeft. Stel: een kaartje heeft bovenin drie witte dobbelstenen met ‘7’, dan betekent dit dat een speler de beschikking moet hebben over drie witte dobbelstenen, en dat de ogen opgeteld ‘7’ moet opleveren. Als er in totaal ‘6’ gegooid wordt, dan mag er exact één ‘+1’ fiche ingeleverd worden om toch het gewenste resultaat te bereiken.

x

Indien succesvol, wordt het kaartje toegevoegd aan het eigen bedrijf, uiteraard op de goede plek. Als daar al iets lag verdwijnt dit kaartje uit het spel, met de bijbehorende functie. In de volgende beurt mag nu de functie van het nieuwe kaartje gebruikt worden. Wordt het beoogde resultaat niet gehaald, dan krijgt de speler een nieuw ‘+1’ fiche als douceurtje. De fiches hebben nog een tweede functie. Als er drie van worden ingeleverd, mag een speler een complete tweede beurt spelen, zodat er een nieuwe poging gedaan kan worden, of een tweede kaartje verworven kan worden.

x

Zo bouwt iedere speler langzaam doch gestaag zijn imperium op. De rode dobbelstenen komen langzaamaan in het spel, en in een latere fase ook de zwarte. Tussen de kaartjes zitten leuke bonussen: eenmalig extra fiches pakken, of extra ogen voor een kleur dobbelstenen. Dit is op zich aardig, maar het gaat natuurlijk om het resultaat: de zeppelins zelf. Die leveren namelijk ook de punten op. Deze zeppelinkaartjes worden op dezelfde manier verworven als de resource-kaartjes en komen op een apart stapeltje op het spelerbord. Leuke bonus is dat de speler die er in slaagt zo’n kaartje te krijgen vanaf dat moment als enige één oog bij al zijn worpen op mag tellen. Hiertoe mag hij een houten zeppelin voor zijn bord plaatsen. Hiermee, en samen met de ‘+1’ fiches, heeft de speler nu dus twee ogen gratis, wat weer uitermate handig is voor de verdere opbouw van het bedrijf, maar tevens een signaal aan de andere spelers hier iets aan te gaan doen.

x
x Als het eerste stapeltje met zeppelinkaartjes leeg is, mag aan de bouw van het levenswerk begonnen worden: de ‘Hindenburg’, die helemaal bovenaan het centrale bord afgebeeld staat. Nu weten we allemaal hoe het met deze zeppelin afgelopen is, maar in het spel levert meedoen aan één van de vier onderdelen van deze zeppelin dure en dus lucratieve punten op.
x
Het spel is uit als de Hindenburg af is, of als er op ieder van de vier stapels van zeppelinkaartjes nog maar maximaal één kaartje ligt. Iedere speler telt nu zijn punten van de zeppelinkaartjes, telt de bijdrage aan de Hindenburg er bij op, en dat is het resultaat van het bedrijf. Het bedrijf met de meeste punten mag de overwinning in ontvangst nemen.
x
x
x
Menig veelspeler zal bij het zien van de grote hoeveelheid dobbelstenen met een grote boog om dit spel heenlopen. Onterecht, want in dit spel bepalen de spelers zelf grotendeels hun lot. Als snel ontdekt men dat er goede en slechte keuzes gemaakt kunnen worden, en dat men daardoor voor danwel achter gaat lopen in ontwikkeling van het bedrijf. Een verstandige opbouw, stapje voor stapje, is verstandig, en ja, Vrouwe Fortuna zal af en toe een helpend handje moeten toesteken, waarbij men zich af kan vragen of juist deze vrouw hetgeen is wat menig veelspeler afschrikt…
x
Ondanks de dobbelstenen blijven er genoeg tactische beslissingen over voor de spelers, zoals de keuze welke functie van de kaartjes op welk moment het handigst is. Omdat er extra zeppelinkaartjes bij het spel zitten (18, terwijl er 12 in een spel gebruikt worden), wordt ieder spel iets anders begonnen, wat de herspeelbaarheid bevordert.
xx
‘Giganten der Lüfte’ speelt het best met twee of drie spelers; voor vier spelers breekt het gebrek aan interactie op, want er moet langer op de beurt gewacht worden. Natuurlijk kunnen andere spelers wel van ‘waardevolle’ adviezen worden voorzien, maar dat hangt een beetje van de kwaliteit van de spelersgroep af, en niet van de kwaliteit van het spel.
Spellen met dobbelstenen zullen altijd voor- en tegenstanders houden. Wat echter niet te ontkennen valt, is het feit dat Andreas Seyfarth ook in dit genre laat zien tot de top te behoren.
Als negatief punt valt nog op te merken dat het spel wel erg aan de prijs is voor het materiaal, dat ook nog eens niet goed in de doos pas … gigantisch veel lucht mogen we wel zeggen!
© 2008 Edwin van de Sluis

Giganten der Lüfte, Andreas Seyfarth, Queen Games - 2 tot 4 spelers vanaf 10 jaar, 45 minuten


Na een eerste afkeer (dobbelstenen!) ben ik dit spel echt gaan waarderen. Bijzonder vind ik de eigenschap van Andreas Seyfarth om opnieuw een ander spel te ontwerpen en niet in een vast systeem beklemd te raken
x
x
x