xxxx xxxx

Asgard
Auteur: Pierluca Zizzi
Uitgever: What's Your Game? / Hutter Trade
Jaar: 2012


recensie door

x

Baldr, Surtr, Tyr, Ragnarök; het lijkt wel het geluid van een haperende motor! Voor de kenner van Vikingse mythologie moet dit weliswaar allemaal bekend in de oren klinken, voor de doorsnee veelspeler echter is het een extra horde bij de inleving van het spel. Ach, hadden we maar als vanouds gewoon met bouwmeesters te maken, in Genua, Florence, Milaan en Sienna; dan bouwden we paleizen en verwierven invloed in de stadsraad! Nu moeten we gedurende vijf rondes tempels bouwen, op audiëntie bij goden met onuitsprekelijke namen gaan, actiestenen in de boom die Yggdrasil heet hangen  en jongleren met allerhande fiches, van antieke wapens en mysteriemarkers tot legendarische wapens, tempels, zegels van licht en donker, veldslagfiches, Asgardtegels, bouwsteen- en tempelfiches, krijgers en reuzen. Ja, het is een bonte verzameling die op maar ook nog naast het bord moet worden gelegd.

x

Zo bont en onoverzichtelijk als het speelbord is, zo bont en onoverzichtelijk zijn ook de spelregels: kaders, nog meer tekstkaders, cursieve teksten, vetgedrukte teksten, in rood geplaatse opmerkingen én tot overmaat van ramp ook nog een bijgevoegd errata sheet; het wekt gaandeweg behoorlijk wat weerzin op. Voor ons ligt geen begrijpelijke regelset, maar een examenstuk tekstbegrip met hindernissen op WO+ niveau. Iets dergelijks wordt meestal niet voor het plezier gelezen, en zo is het hier dus ook.

x
Het kan niet vaak genoeg worden gezegd dus daar gaat ie nog een keer: het zou prettig zijn wanneer de kleinere uitgever niet alleen de moeite nam om gerespecteerde playtesters bij het spel te betrekken, maar ook de regelset voor te leggen aan de -free lance- redacteur van een grotere uitgever, zoals Hans im Glück, Pegasus Spiele of Kosmos, die met hun spelregels een prettige en intuïtieve manier hebben gevonden om spelers in het spel te leiden. Dringend advies: néém die moeite; het kost anders - en dus hier ook weer - puntenaftrek in de recensie!
x
x

Wanneer alles eindelijk op z'n plek valt, wordt duidelijk dat de spelers bij de gaandeweg tien goden invloed kunnen verwerven waarbij ze in een Laatste Godenstrijd tussen de goden hopen bij de juiste god positie te hebben genomen om er de bijbehorende punten voor te kunnen incasseren.
De spelers spelen om de beurt een godkaart uit van een eigen set die voor alle spelers identiek is, om vervolgens bij die god een actieschijf te plaatsen. Er kunnen net zoveel kaarten worden gespeeld als een speler actieschijven heeft om in te zetten; elke speler begint het spel met drie schijven maar kan er extra verwerven door een godkaart te spelen en zijn schijf in het Asgardveld te zetten, waar schijven, krijgers en reuzen kunnen worden gekocht.

x

Elk godveld biedt per keer plaats voor drie actieschijfjes, twee om er de bouwstenen voor een tempel te kunnen pakken, en een om een tempel te bouwen en vervolgens invloed bij de god te nemen. De drie plekken kunnen door verschillende spelers worden bezet, maar nooit meer dan een per plek.

x
Wanneer een speler die op een bouwstenenplek staat als eerste zijn actie uitvoert, neemt hij ook meteen het zegel dat naast die god ligt: een licht zegel wanneer het een god van de lichte zijde betreft, en een donker zegel wanneer de god de duistere zijde is toegenegen. De zegels zijn nodig om in Asgard nieuwe actieschijven, krijgers of reuzen te kopen; een alternatieve keuze voor een gespeelde godkaart.
De speler die zijn actieschijf in het bovenste godveld heeft geplaatst, kan er naast het pakken van twee bouwstenen ook de bonusactie bij uitvoeren, variërend van het mogen ruilen van bouwstenen in een andere kleur, het pakken van krijgers of reuzen, het veranderen van de spelersvolgorde, en zo meer.
x

De tempels liggen in stapeltjes op het speelbord, van tempels die maar twee bouwstenen nodig hebben om gebouwd te kunnen worden, tot tempels die vier verschillende bouwstenen vereisen. Wanneer een speler bij een god een actieschijf op het tempelveld heeft staan, kan hij tegen inlevering van de benodigde bouwstenen een tempel naar zijn smaak bouwen. De bouwstenen worden ingeleverd en de tempel wordt voor de speler gelegd, die aan het eind van elke ronde drie tot zeven punten punten oplevert. Voordat de speler de tempel mag bouwen, moet hij nog wel krijgers of reuzen bij de god inleveren; deze zullen in de Moeder Aller Godenslagen aan het eind van het spel de god ondersteunen.

x

Wat er precies moet worden ingeleverd, witte of oranje krijgers of reuzen, dat staat in het betreffende tempelveld afgebeeld, maar niet onbelangrijk is dat àlle stukken van die kleur en soort uit de voorraad van de speler moeten worden geplaatst. Hierna neemt de speler het bovenste godfiche en plaatst het in een van de velden in het Yggdrasilveld.

x
Elk godfiche heeft een sterkte die varieert van een tot vier en is opnieuw belangrijk bij de finale Slag der Goden maar ook bij tussentijdse veldslagen die telkens aan het eind van een ronde plaatsvinden. In eerste instantie liggen er in Yggdrasil overal volksfiches; wanneer er een tempel is gebouwd vervangt de speler deze door het godfiche en neemt het volkfiche. Elk volksfiche heeft een eenmalige bonus die direct mag worden uitgevoerd of bewaard voor een volgende beurt of ronde.
x
Aan het eind van elke ronde vinden in Yggdrasil veldslagen plaats tussen de goden en volkeren  onderling en de goden met het volk. De veldslagen worden beslist met het opendraaien van wapenfiches, een voor de goden aan de lichte zijde en een voor de donkere kant. Hierop staan waarden die worden opgeteld bij de sterkte van de desbetreffende goden en volkeren. Is de waarde hoger dan die van een tegengestelde god of volk, dan mogen spelers die hier een actieschijf hadden gezet deze doorschuiven naar het overwinningsveld; in het geval van een nederlaag wordt de schijf teruggenomen.
x
De actieschijf blijft tot vlak voor de Grande Bataille des Dieux permanent in Yggdrasil en is nu weliswaar niet langer inzetbaar voor acties, maar elke aanwezige schijf levert wel telkens aan het eind van een ronde overwinningspunten op: voor een enkele schijf in Yggdrasil mag een speler een 3-puntsmarker pakken, maar dit loopt per aanwezige schijf aardig op: voor vijf schijven mag een speler maar liefst een 20-puntenmarker pakken, vooropgesteld dat deze nog beschikbaar is en niet net door een andere speler - eerder in de spelersvolgorde - is gepakt.
x
Wanneer alle veldslagen zijn voltooid, is een ronde voorbij en begint een nieuwe ronde met het kiezen en uitspelen van godenkaarten, net zoveel als een speler actieschijven heeft in te zetten.
x

Na de vijfde ronde wordt de langverwachte en aangekondigde Finale Godenslag gevoerd. Allereerst worden alle actiestenen van de spelers in Yggdrasil verwijderd; hier zijn gedurende het spel al punten voor vergeven. Daarna worden de actiestenen van spelers die als ondersteuning bij een god staan, en alle strijders en reuzen die bij die god staan, bij de corresponderende god in Yggdrasil gezet; spelers mogen vanuit Asgard nog strijders en reuzen bijplaatsen, en ook de tijdens het spel verzamelde speciale wapenmarkers die een god extra kunnen ondersteunen of juist verzwakken. Er zijn eerste en tweede plaatsen, maar wanneer een speler de enige is die een god heeft ondersteund, gaat hij er met de punten van beide posities vandoor!

x
x
x
x
Het is elke in volgorde vierde speler duidelijk: op deze positie wil hij niet blijven! Wanneer spelers dezelfde god hebben gekozen, heeft hij het nakijken: de bonusactie is gedaan en het zegel al gepakt. De speler die als eerste bij Odin gaat staan, kan de spelersvolgorde naar believen veranderen. Maar Odin is om nog een andere reden populair omdat er een witte steen gepakt kan worden die voor de bouw van de duurste tempel nodig is, en het is dus nog maar de vraag of de vierde speler hier meteen in de eerste ronde al terecht kan.
x
x
De vierde speler heeft een duidelijk nadeel. Er kan uit initieel zeven goden worden gekozen, maar de kans dat in de eerste ronde spelers om wat voor reden ook dezelfde god hebben gekozen, is vrij groot. Het is voorgekomen dat een vierde speler twee van zijn drie stenen in Asgard moest zetten, omdat beide plekken bij de goden al door andere spelers waren bezet. Dat geeft een dergelijke speler een forse achterstand; bovendien begin je in Asgard niet zoveel zonder zegels.
x
Waar andere spelers al een vierde actiesteen hebben kunnen kopen, of al punten hebben kunnen pakken door een met een zegel gekochte steen in Yggdrasil te zetten, gaat de vierde speler de tweede ronde van vijf met weer slechts zijn basismateriaal in, met opnieuw het doel van de vierde positie af te komen, maar met deze dwangactie wordt nog eens extra achterstand opgelopen.
Volgens opgaaf kan het spel van twee tot vier spelers worden gespeeld, maar ondanks het spelersnadeel voor de vierde speler is het spel met twee en drie spelers minder goed speelbaar; er is dan juist weer teveel ruimte op het bord.
x
x
Er is veel aandacht besteed om het bord sfeer te geven - de illustratiestijl moet je aanspreken - maar dit heeft als consequentie dat het overzicht ontbreekt, en dat er nodeloos ruimte wordt ingeruimd die anders zou kunnen worden gebruikt, bijvoorbeeld om materiaal op het bord te kunnen leggen in plaats van ernaast. Het lijkt muggezifterij, maar het zijn allemaal zaken die bijdragen of afdingen aan het speelgevoel en een vlot spel. Waarom bijvoorbeeld worden de werelden in Yggdrasil nogal verwarrend van rechtsonder naar rechtsboven en van linksonder naar linksboven genummerd? Ook hier wordt een goede redactie node gemist.
x
x
Het is ook allemaal teveel, teveel materiaal, teveel regels, teveel onderdelen; een typisch kenmerk van de kleinere uitgever die wellicht welwillend met de wensen en ideeën van de auteur meegaat in plaats van het advies te geven te snijden in het concept en daardoor het spel slanker en aantrekkelijker te maken. De valkuil waar een beginnend auteur namelijk voor behoed moet worden, is dat hij met zijn eersteling meteen zijn Magnum Opus wil wegzetten waardoor het gevaar bestaat dat er een logzwaar monster wordt gecreëerd dat überhaupt niet in beweging wil komen. Het is niet toevallig dat de omvangrijkere spelen - zowel in componenten als complexiteit en regelwerk - ofwel in eigen beheer, ofwel bij de minder kritische of minder professionele kleinere uitgevers terechtkomen.
x
x

‘Asgard’ lijkt een strategisch spel, maar dit wordt teniet gedaan door de toevallige inzet van de godenkaarten, waardoor spelers onverwacht geconfronteerd worden met concurrentie die hun plannetje dwarsboomt. Er moeten vraagtekens bij worden gezet of dit een aantrekkelijke optie is; het doet in ieder geval afbreuk aan de verder tactische intentie van het spel.
Na het hoogtepunt ‘Vasco da Gama’ - en het geforceerd complexe ‘Vinhos’ waar we het verder niet over willen hebben - is ‘Asgard’ een regelrechte tegenvaller.

© 2013 Richard van Vugt

Asgard, Pierluca Zizzi, What’s Your Game? / Hutter Trade, 2012 - 2 tot 4 spelers vanaf 12 jaar, 90 minuten


x
x
x