xxxx

Magna Grecia
pagina 2

x
Het mechanisme waarmee de spelersvolgorde bepaald wordt is erg leuk: er zijn twaalf kaartjes waarop verschillende spelersvolgorden staan afgebeeld; iedere ronde wordt zo’n kaartje gepakt en de aangegeven spelersvolgorde wordt afgewerkt. Op ieder kaartje staan ook drie acties aangegeven, waarvan iedereen er twee mag kiezen: 1) het leggen van straten, 2) het bouwen van steden, 3) het aanvullen van je voorraad wegen/stedentegels vanuit je ‘stock’(je mag alleen bouwen met tegels uit je voorraad, niet uit je stock).
x
Er staat steeds aangegeven hoeveel wegen/ steden er gebouwd mogen worden, en met hoeveel tegels de voorraad aangevuld mag worden. Deze aantallen verschillen per kaartje. Zijn alle spelers aan de beurt geweest, dan wordt het volgende kaartje gepakt en afgewerkt. Het spel is afgelopen wanneer alle twaalf de kaarten op zijn. Dan volgt de waardering: iedereen krijgt punten voor zijn markten (een punt per verbinding) en voor orakels waar ze eigenaar van zijn (4 punten per orakel). Degene met de meeste punten wint.
Hoewel het bord er wat chaotisch (en vooral erg geel) uitziet als er eenmaal een en ander gebouwd is lijken de regels en het einddoel zo eenvoudig, waarom kan ik op dit spel dan geen grip krijgen? Elke pot voelt als een leerpotje: ja, nu heb ik het wel door. Nee dus, blijkt dan de volgende keer. Natuurlijk is het op zo’n complex bord lastig om niets over het hoofd te zien (goed ruimtelijk/mathematisch inzicht is hier een pro!), maar er zijn zelfs kleine regeltjes die me nu en dan weer even ontglippen om me dan net te laat weer te binnen te schieten. Sinds ik op het EK goed ben ingemaakt met Magna Grecia ben ik ervan overtuigd dat ik het nu écht door heb: een volgende keer zal ik het zeker beter spelen!
x x
Het is in ieder geval een spel dat opperste concentratie vereist, dan kun je er heel veel uithalen. Smerige trucjes zoals het insluiten van de stad van een tegenstander met doodlopende wegen, zodat hij vanuit die stad zelf geen verbindingen meer kan leggen bijvoorbeeld, of het aan elkaar laten smelten van twee van je steden zodat je een superstad krijgt met zo’n groot bereik en zoveel verbindingen dat je bijna alle orakels kan claimen. Die orakels zijn relatief veel punten waard, maar fixeer je niet te erg op alleen maar het claimen van orakels met één hele grote stad; één grote stad met drie of vier orakels eraan verbonden levert toch minder op dan tien middelmatige steden zonder orakels!
x
Ondanks de abstractheid en het gebrek aan sfeer van het spel vind ik het toch leuk om ermee bezig te zijn. De kaarten waarmee de acties en de spelersvolgorde bepaald worden geven het voordeel dat je niet de hele tijd na die ene speler aan de beurt bent die steeds jouw plannen in de war gooit, maar dat de volgorde steeds afgewisseld wordt. Als je niet met boekhouders aan tafel zit die elke keer uitrekenen hoeveel punten ze nog nodig hebben voor een overwinning is het ook best een snel spel: in anderhalf uur kun je zeker klaar zijn.
© 2003 Barbara Lussenburg

Magna Grecia, Michael Schacht & Lei Colovini, Clementoni, 2003, 3 tot 5 spelers

zie ook
x
x
x