xxxx xxxx

K2
Auteur: Adam Kaluza
Uitgever: Rebel.PL / Heidelberger Spieleverlag
Jaar: 2010


recensie door

x
De sterkste man, de langste sigaar, de mooiste vrouw, de hoogste berg. Stop! Mag het ook de één na hoogste berg zijn? De K2 bijvoorbeeld? En omdat deze nog nooit in de winter is bedwongen, blijft hij een uitdaging vormen voor bergklimmers die de dood verachten en daardoor ook meestal aan het kortste eind van het klimtouw trekken.
x
Voor de spelers ligt de K2 waar ze met maximaal twee klimmers een poging gaan wagen. Onervaren klimmers doen dat in de zomer, maar ervaren spelers draaien het bord om en beginnen meteen onder winterse condities. Met kennis van het te verwachten weer bepalen de spelers iedere beurt hoe snel ze willen klimmen of dalen. En natuurlijk valt het pad naar de top niet fluitend te bewandelen!
x
Elk bergveld kost klimkracht om er te komen en bovendien vreet het aan de conditie. De conditie van elk van de twee speelfiguren wordt apart op een eigen spelersbordje met een schijfje weergegeven; bij het begin van het spel staan ze allebei op een magere ‘1’.
x
De klimkosten staan op elk bergveld aangegeven, en ook of er eventueel nog iets van de conditie van de klimmer af gaat.
x
Om de klimkosten te kunnen betalen heeft iedere speler een identieke set kaarten gekregen, maar hij moet deze schudden en mag er aan het begin van het spel blind zes pakken. Van deze zes kiest hij er drie uit waarmee hij in een ronde gaat klimmen. Na het gelijktijdig uitspelen van de kaarten wordt de hand weer met drie aangevuld tot de stapel op is en er nog maar drie over zijn. Deze drie moeten eerst worden gespeeld voordat de aflegstapel wordt geschud en er opnieuw zes kaarten mogen worden getrokken. Niet altijd worden de gewenste klimkaarten getrokken en zo kan het gebeuren dat een speler niet op een positie kan komen omdat deze teveel kost.
Onder de kaarten zitten ook conditiekaarten en deze worden gebruikt om de gevolgen van het weer of de negatieve effecten op de hogere posities te verzachten of gewoon vooruit te gaan op de conditielijst.
x
Aan de rand van het speelbord liggen de weersverwachtingskaarten. De klimmers kunnen op deze manier zes tot drie rondes vooruit kijken en aan de hand daarvan hun strategie uitstippelen. Wordt het bewolkt, of blijft het zonnig? Kost elk bergveld extra klimkracht? Wordt er aan het eind van de ronde vanwege de slechte omstandigheden extra aan mijn conditie geknaagd?
De weerscondities gelden niet altijd voor alle hoogtes; op de kaartjes staat grafisch minuscuul verwerkt aangegeven vanaf of tussen welke hoogtes de betreffende conditie geldt.
x
Onder de 6000 meter, vanaf het basiskamp, hebben de meeste velden condities waar een klimmer beter geacclimatiseerd door raakt. Wanneer een klimmer op een dergelijk veld eindigt of is blijven staan, gaat zijn conditie een positie vooruit. Maar vanaf 6000 meter moet een klimmer het doen met de conditie die hij heeft opgebouwd of die hij door middel van conditiekaarten krijgt toebedeeld.
Een derde manier om de conditie te verbeteren is het uitrusten in een tent, waar elke klimmer er een van heeft en die hij eerst, naast zijn eigen klimkosten, opnieuw tegen de klimkosten van dat bergveld moet plaatsen. Bijkomend voordeel is wel dat een geplaatste tent onderdak biedt aan allebei de klimmers.
x

De startspelerpositie is niet onbelangrijk, omdat er maar een beperkt aantal klimmers op een veld kunnen staan --maar erdoorheen bewegen mag dan weer wel. Dat noopt de spelers er natuurlijk toe om zo snel mogelijk een bepaald veld te bereiken, maar om dit effect wat af te remmen is er een kleine sanctie in het leven geroepen: naast het bord liggen drie blind getrokken fiches, met mogelijke waardes van nul tot twee. De speler die de hoogste waarde aan klimkaarten heeft uitgespeeld, moet een van de fiches pakken die hem met de waarde van het fiche in zijn beweging beperken of zijn conditie verslechteren -waarbij het nulfiche natuurlijk lachend genomen zal worden.
Wanneer een de conditie van een klimmer minder dan ‘1’ wordt, wordt deze uit het spel genomen -gegokt en verloren!
Vanaf de diverse behaalde hoogtes wordt er progressief gescoord; degene die een dergelijke score als eerste bereikt heeft aan het eind van het spel bij een gelijkstand het winnende voordeel. Na achttien rondes is het spel uit en bepaalt de totaalscore van de twee klimfiguren wie er heeft gewonnen.

x
x
x
x

Voor diegenen die eindelijk wel weer eens een spel met een passend en fris thema willen spelen, ver weg van burcht en treinenloop, is dit spel een verademing. Al te vaak moeten we bij het intro van een spel lezen dat we in de rol moeten kruipen van een, zeg, edelman, waarna we vervolgens het hele spel bezig zijn om kartonnetjes van links naar rechts te schuiven en die hele edelman noch zijn familie op markt of landdag tegenkomen. ‘K2’ heeft een zeer origineel en passend thema dus, dat weliswaar niet direct uitnodigt tot spelen -‘Wah, mottik klimme? Ik hou niet van berge, en veels te koud ook!’- maar door de transparante en eenvoudige regels toch snel fascineert. ‘Nog een stukje hoger; nog even en dan ben ik er, het is nog goed weer...’

x
Tot het noodlot toeslaat: de conditiekaarten komen niet ‘op tijd’ of een andere speler blokkeert de gewenste positie en de speelfiguur kukelt hup! helemaal tot onder op de scorelijst, een gevolg van het figuurlijke verscheiden van zijn spelersfiguur. Een beetje luguber is het wel, maar in feite niets anders dan het opruimen van de legers bij Risk -niet bij nadenken, en gewoon doorgaan! Dan maar met de tweede klimmer verder! Maar een tweede figuur is vaak niet in staat om het verlies aan punten goed te maken; daar is het spel dan al te vaak te ver voor gevorderd en spelers die wat voorzichtiger of gelukkiger waren en hun beide figuren nog in de hogere regionen op de berg hebben staan, maken onder elkaar uit wie er wint.
x
x
Het is niet onbelangrijk om te onthouden welke kaarten er al voorbij zijn gekomen; het is een open deur maar toch: het heeft weinig zin om te wachten op een bepaalde klim- of conditiekaart wanneer deze al eerder is uitgespeeld. Dat maakt ‘K2’ nog meer tot een kaartenmanagementspel dan je zou denken. Zeker wanneer een speler ook heeft onthouden wat de andere spelers hebben gespeeld, wordt het raden naar wat deze mogelijk zal -kunnen- doen duidelijk minder giswerk.
x
De kans om op de hoogste posities geblokkeerd te raken blijft echter vrij groot, zeker na het midden van het spel als het een va et vient naar de top is van allerhande klimmers die dan slim gebruik maken van de kaarten die ervoor zorgen dat er in een beurt zowel geklommen als gedaald mag worden.
Doordat er voor de diverse spelersaantallen aangepaste voorwaarden zijn om een bergveld te betreden, blijft het spel ook met twee spelers overeind en spannend.
De auteur is wel een beetje roekeloos door kinderen vanaf 8 jaar de 'K2' op te sturen; het is als met vliegen: stijgen kan bijna iedereen en zonder al teveel moeite, maar het landen onderscheidt de expert van de brokkenpiloot. Een leeftijd vanaf 10 jaar is eerder aan te raden.
x
Hoogtepunt, (sub)toppertje, van dit soort voor de hand liggende woordspelingen of qualificaties moet met mate gebruik worden gemaakt. ‘K2’ is niet de openbaring of de revolutie die de spellenwereld op z'n grondvesten doet schudden. Maar de aangename verfrissing die ‘K2’ is, dat mag toch wel gezegd worden?
© 2011 Richard van Vugt

K2, Adam Kaluza, Rebel.PL / Heidelberger Spieleverlag, 2010 - 1 tot 5 spelers vanaf 8 jaar, 60 minuten


Door de krappe kaartenhand te toevallig om echt tactisch te zijn
Aardig puzzelspel met wat te weinig interactie
Leuk thematisch puzzelspel
Ondanks het fraai omgezette thema blijft het verwachte avontuur achterwege
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x