xxxx xxxx

Chicago Express
Auteur: Harry Wu
Uitgever: Queen Games
Jaar: 2008


recensie door

x
Spelen met treintjes; het is voornamelijk een jongenshobby, of eigenlijk zijn het de vaders die hun bezetenheid doorgeven, generatie op generatie. Ergens in elk huis ligt een treinenset op zolder of in de garage te wachten op de nieuwe generatie die het stokje overneemt en er zijn eigen configuratie mee bouwt. In bordspelland wordt ook eindeloos gevarieerd op hetzelfde thema - hoe vaak hebben we al niet met treintjes op een kaart van de Verenigde Staten gespeeld? Titels als ‘1830’, ‘Age of Steam’ of ‘Santa Fé Rails’ grijpen allemaal terug op hetzelfde gegeven. Levert het zoveelste treinenspel nog wel voldoende spanning en spelplezier? Willen we dat nog een keer spelen? En nog een keer? En doen de meisjes dan ook mee?
x
Om de historie niet al teveel geweld aan te doen, verschijnt een aantal bekende namen van spoorwegmaatschappijen aan de start: de oostkust van de Verenigde Staten. Van hieruit is het de bedoeling om het Westen te ontsluiten, maar dat Westen houdt meestal ergens bij Chicago op. Geheel in tegenstelling tot de hedendaagse vertrekbonus ligt in Chicago ligt voor elke maatschappij een vette aankomstbonus te wachten, en deze kluif is voor elke maatschappij voldoende aansporing om het spoor deze kant op te leggen.
x
De maatschappijen hebben geld nodig om hun spoor te leggen, en dat geld komt binnen via aandelen. Aan het begin van het spel wordt van elk van de vier oostelijke maatschappijen een aandeel geveild; het aandeel gaat naar de meestbiedende speler en het geboden geld komt in de bedrijfskas van de betreffende maatschappij.
In het verloop van het spel kan een speler in een beurt er voor kiezen om tot maximaal drie spoor te leggen voor een maatschappij waarvan hij een aandeel heeft; de kosten ervoor komen uit de bedrijfskas. Wat het kost om een bepaald spoor te leggen staat in cijfers op elk vakje van het speelbord aangegeven; vervolgens plaatst de speler er een locomotief in de juiste kleur.
x
Het kan zijn dat een speler de enige is die een of meer aandelen van een maatschappij heeft, maar vaker zal het voorkomen dat meerdere spelers aandelen van een maatschappij hebben; en beide heeft zo zijn voor- en nadelen.
Nadat een ronde is gespeeld, krijgen de spelers dividend naar de waarde van hun aandelen betaald, zodat ze dit in een volgende ronde opnieuw kunnen investeren in aandelen van de een of andere maatschappij. Welke maatschappij daarbij aantrekkelijk is, hangt af van de bedrijfsresultaten maar aangezien in dit spel slechts de basisbeginselen van de vrije economie worden gehanteerd, gaat het er gewoon om welke maatschappij lekker vooraan ligt op het inkomstenspoor en de beste vooruitzichten heeft.
x
x
Een zo’n goed vooruitzicht zou kunnen zijn dat de maatschappij al twee of meer verschillende aandeelhouders heeft; al deze aandeelhouders hebben immers een gezamenlijk belang, of toch niet? Want de rest van de aandelenportefeuille van de spelers is even belangrijk om in overweging te nemen; waarom zou een speler investeren in een maatschappij waar ieder van de spelers beter van wordt, terwijl hij de enige aandeelhouder is in een andere maatschappij en daar dus als enige zou kunnen profiteren van het behaalde bedrijfsresultaat?
x
Hoe kan het resultaat van een maatschappij trouwens worden beïnvloed? Het spoor van een maatschappij voert over divers terrein dat bij het bouwen een stijging van de waarde van een maatschappij teweeg brengt zoals spoor dat over steden en bergen loopt.
Verder kan de waarde van een maatschappij nog worden opgekrikt door ergens op de route een ontwikkeling te doen plaatsvinden en ten teken hiervan een huisje op het veld te plaatsen; de waarde van de maatschappij wordt vooruitgezet met de waarde die op een dergelijk ontwikkelveld staat afgebeeld.
x
Er is ook een drietal industriesteden die, eenmaal bereikt, de waarde van een maatschappij elke keer doet stijgen wanneer er voor die stad een ontwikkeling wordt gekozen; de status van de waardestijging voor deze industriesteden wordt op een apart spoor bijgehouden.
x
Met maar 120 dollar in de spelerspot gedeeld door het aantal spelers, hebben de spelers aan het begin van het spel niet veel uit te geven; het is zaak om niet te hoog te bieden voor een aandeel om nog mee te kunnen bieden bij een andere maatschappij. Met het geïnvesteerde geld kan een speler lekker aan ‘zijn’ spoorwegnet bouwen, al gaat het met een medeaandelhouder natuurlijk sneller omdat die in zijn beurt ook een bouwactie kan kiezen en de maatschappij op deze manier sneller in waarde stijgt, maar ook kan Chicago zo sneller bereikt worden.
x
Voor elke maatschappij die deze stad voor het eerst aandoet stijgt de waarde met 7, maar belangrijker nog is dat er direct en tussentijds voor die maatschappij aan de aandeelhouders dividend wordt uitgekeerd.
x
Hiermee zijn alle spelersacties beschreven: bouwen, een aandeel veilen, of ontwikkelen. Elke keer wanneer een speler een van deze acties heeft gekozen, zet hij de wijzer van de drukmeter een stukje verder omhoog; wanneer een wijzer in het rood terecht is gekomen kan de actie niet meer worden gekozen, en wanneer twee van de drie wijzers in het rood staan is een ronde afgelopen; het dividend wordt betaald, de wijzers gaan terug naar hun beginstand, de marker voor Detroit wordt een vakje naar rechts gezet en een nieuwe ronde begint.

Het spel is afgelopen wanneer aan een van de volgende condities is voldaan: drie of meer maatschappijen hebben geen locomotieven meer, drie of meer maatschappijen hebben geen aandelen meer uit te geven, er liggen nog maar drie of minder ontwikkelhuisjes in de voorraad, of de marker van Detroit staat op ‘8’. Dan wordt er nog eenmaal dividend uitgekeerd, en heeft de speler met het meeste geld gewonnen.
x
x
x
Voor nieuwe spelers van het genre is het even wennen dat er niet met een eigen kleur wordt gespeeld maar een actie wordt gekozen voor een maatschappij, en dan uitsluitend eentje waarvan  minstens een aandeel in de eigen portefeuille zit. De mogelijkheden moeten elke keer opnieuw worden gewogen: participeren in de maatschappij waar iedereen al een aandeel van heeft, of eerst nog wat bouwen aan een ander spoor en later een aandeel proberen te verwerven van een andere mogelijk lucratievere maatschappij? Een beetje van dit en een beetje van dat, tja, daar komt een speler niet zo een-twee-drie uit, want het spel heeft een aangename mix van aan te wenden buikgevoel en gezond speculatieverstand.
x
x
Elke maatschappij is uitgerust met een verschillend aantal aandelen en spoortreinen, en of een maatschappij  Chicago of een industriestad via een bepaalde route en het in kas zijnde geld zou kunnen bereiken, dat is uit te rekenen. En in zeker mate is ook te bepalen wat het rendement zal zijn, en dus wat er voor een aandeel geboden kan worden om nog uit de kosten te komen. Maar het sentiment speelt ook een belangrijke rol: ik wil ook zo’n aandeel, of: ik gun het de andere speler gewoon niet!
x
Grootaandeelhouders moeten bovendien uitkijken voor de kleine speculant die hem een hak wil zetten: er is bijvoorbeeld nog vier spoor te leggen naar Chicago, maar dat is misschien wat minder in het belang van de kleine aandeelhouder die er geheel eigenwijs voor kan kiezen om met het laatste spoor een totaal andere richting te kiezen!
x
Spelers moeten zich realiseren dat ze zelf verantwoordelijk zijn voor de grootte van de bedrijfskas, want al het geboden geld voor een aandeel gaat daar naartoe. Dat betekent dat wanneer er voor een aandeel flink geboden is, die maatschappij over aardig wat geld kan beschikken om spoor van te leggen. Gedachteloos ‘1’ bieden, en na een biedronde tot de ontdekking komen dat alle overige spelers hebben gepast maakt een speler wel de trotse eigenaar van een goedkoop aandeel, maar hij schiet er weinig mee op omdat de kas van de maatschappij slechts met 1 dollar wordt aangevuld en er feitelijk geen spoor van belang mee kan worden gelegd en er op deze manier een waardestijging niet in zit!
x
Op het moment dat Chicago aan een spoornet wordt aangesloten, komt er nog een laatste maatschappij met slechts twee uit te geven aandelen in het spel, en vanwege de afstand die vanuit het oosten naar Chicago moest worden afgelegd, is dat meestal tegen het eind van het spel. Dit voelt als een nodeloos aanhangsel, maar is wel te verklaren: een vorige, in kleiner beheer uitgegeven versie droeg de naam van deze maatschappij: ‘Wabash Cannonball’ . Omdat het eigenlijke accent op Chicago ligt, heeft dit mede tot de titelwijziging  naar ‘Chicago Express’ geleid;‘Wabash’ bleef echter in het spel.
x
‘Chicago Express’  heeft veel dat de eerder genoemde grotere broers ook hebben, maar het speelt in een fractie van de tijd die de anderen nodig hebben. Ontdaan van alle opsmuk ligt er een zeer speelbaar en snel spel dat voldoende inhoud heeft om een vol uur gefascineerd te kunnen spelen - en nog een keer, en nog een! En de méskes doen ook graag mee!
© 2009 Richard van Vugt

Chicago Express, Harry Wu, Queen Games, 2008 - 2 tot 6 spelers vanaf 12 jaar, 60 minuten


x
x
x