xxxx

Adam & Eva
Auteur: Aaron Weissblum
Uitgever: Ravensburger
Jaar: 2004


recensie door

x
x Hoe simpel kan het paradijs zijn? Twee spelers kruipen in de onschuldige huid van Adam & Eva, en proberen de mooiste, rijpste, maar vooral: waardevolste appels uit de bomen te plukken. Elk van de spelers wordt met een zestal kaarten uit de stapel van verschillende kleur en waardes de boomgaard ingestuurd. Een voor een worden deze uitgelegd; de andere speler bepaalt of deze aan zijn of haar zijde van de boomgaard komen te liggen, of dat ie voor de uitspeler is. Er zijn een viertal verschillende bomen waaraan gele, rode, blauwe of groene appels groeien -wie durft te beweren dat het er in het paradijs anders uitzag?
De kaarten hebben waardes van 3 tot 9; in de bomen hangen telkens twee blind getrokken en neergelegde appels van verschillende waarde; Gods Gentechniek verhindert blijkbaar een rijkere oogst dan deze twee per boom! Bedoeling is om na het uitleggen van de zesde kaart in een boomgaard per boom de hoogste totale waardes aan de eigen kant te hebben liggen waardoor deze speler als eerste mag oogsten en dus de hogere waardes kan plukken. Aardige vondst is dat de speler die als eerste zes kaarten heeft uitliggen, door eigen toedoen of dat van de tegenspeler, zijn overige handkaarten aan de ander verliest die daardoor nog meerderheden aan zijn kant kan proberen te vormen. Ook zijn er nog een drietal grijze kaarten met de waarden 2, 3 en 4, die bij elke boom gelegd kunnen worden. x
x In de stapel kaarten komt een slangkaart voor; zit deze in het spel en wordt ie gespeeld, dan bepaalt de andere speler weer of hij deze zelf wenst te houden of niet. De consequentie van deze kaart is namelijk, dat de slang een kaart -en dus vertegenwoordiging- bij een boom weghaalt. Bovendien geldt vanaf dat moment dat de huidige ronde al na vijf opengelegde kaarten voorbij is. De geoogste appels komen op een telraam te liggen, die na de vier gespeelde rondes worden opgeteld en met een eventuele bonus de winnaar opleveren. De speler wordt telkens voor het dilemma gesteld, om in zijn beurt een ‘mooie’ hoge kaart uit te spelen, en die vervolgens aan de andere speler kwijt te raken.
x
Dus dan maar eerst die mindere kaart? Hij loopt dan wel weer het risico met diezelfde kaart te worden opgezadeld, waardoor hij een stapje verder op weg is naar het maximum van 6 openliggende kaarten (of vijf na het uitspelen van de slang), en dus het eind van de ronde.

Adam & Eva ziet er letterlijk kinderlijk eenvoudig uit, maar dit is misleidend; het spel biedt beslist meer diepgang dan in eerste instantie doet vermoeden. Het spel is misschien geen hoogvlieger, maar door zijn pretentieloosheid en originele spelidee wel sympathiek en leuk om te spelen.
© 2004 Richard van Vugt

Adam & Eva, Aaron Weissblum, Ravensburger, 2004, 2 spelers

x
x
x